Hoe pas je stroompunten aan bij het plaatsen van een inbouwkast?

Wanneer je een inbouwkast laat plaatsen, is het slim om tegelijk je stroompunten goed te plannen. Je stemt de nieuwe posities en hoogtes van stopcontacten en schakelaars vooraf af met zowel de stukadoor als de elektricien. Samen bepaal je ideale hoogtes, toegankelijke aansluitingen en kabelroutes vóórdat wanden dichtgaan. Door tijdig advies en uitvoering van elektra projecten te vragen en dit te koppelen aan renovatie en stucwerkoplossingen, zorg je dat jouw aansluitingen veilig, netjes en toekomstbestendig worden geplaatst.

Belang van het aanpassen van stroompunten

Waarom stroompunten bij een kast zo kritisch zijn

Je voorkomt later hak- en breekwerk, loshangende verlengsnoeren en onhandige stopcontacten achter panelen door stroompunten al tijdens de kastplaatsing goed te positioneren.

Richtlijnen die vaak goed werken:

  • Onzichtbare bodemstopcontacten: ca. 30 cm boven de afgewerkte vloer

  • Aansluitpunten voor apparatuur op planken/lades: ca. 120 cm hoogte

Als stukadoor en elektricien samen werken, komen inbouwdozen precies vlak met de muur te zitten. Dat geeft een strakke afwerking, minder kans op scheuren rond de dozen en een installatie die beter voldoet aan de norm. Bij twijfel schakel je vroegtijdig advies en uitvoering van elektra projecten in, zodat je zeker weet dat alles technisch klopt.

Veiligheidsvoorschriften (NEN 1010)

Je installatie moet voldoen aan de basisregels:

  • Wandcontactdozen op 16 A-groepen, goed verdeeld

  • Beveiliging via een aardlekschakelaar van 30 mA

  • Alle kabels in deugdelijk leidingwerk (buis of goot)

  • Inbouwdozen blijven bereikbaar voor inspectie en onderhoud

Laat belastingberekeningen (bijv. extra verlichting, lader, eventueel klein apparaat) altijd door een erkend elektricien uitvoeren. Fouten in kabeldikte, groepindeling of beveiliging vergroten brandrisico of overbelasting – zeker als er later meer apparatuur in de kast komt.

Functioneel ontwerp van stroompunten

Gebruik en aantal stopcontacten

Je baseert het aantal en de positie van stopcontacten op het gebruik van de kast:

  • Minimaal 2 stopcontacten achter of in de kast voor opladers en kastverlichting

  • Extra punten bij ingebouwde apparaten (router, versterker, was/droogcombinatie)

  • Transformatoren en drivers (voor LED-strips 12/24 V) bij voorkeur toegankelijk en niet ingesloten achter dichtgestucte wanden

  • Minstens één loze leiding (20 mm) voor toekomstige uitbreidingen

Praktisch voorbeeld:

  • Inbouwkast van 2 m breed → 2 dubbele stopcontacten binnenin + 1 voeding voor LED-driver bovenin.

  • Zware apparaten (was/droger) → eigen 16 A-groep en duidelijke kabelroute.

Door dit vooraf te bespreken binnen renovatie en stucwerkoplossingen, voorkom je dat er later opnieuw gefreesd of gesloopt moet worden.

Voorbereiding op het aanpassen van stroompunten

Indeling en maatvoering bepalen

Voor je begint met hakken of zagen:

  • Bepaal positie van:

    • stopcontacten

    • schakelaars

    • drivers/voedingen

  • Houd rekening met:

    • stucafwerking van ca. 10–12 mm

    • inbouwdiepte inbouwdozen van ca. 40 mm

Meet de breedte en hoogte van de kast en markeer kabelroutes op de muur. Overleg dit direct met stukadoor en elektricien, zodat leidingen niet precies achter zware bevestigingspunten of profielen terechtkomen. Zo kan de stukadoor zijn renovatie en stucwerkoplossingen strak uitvoeren zonder extra breekwerk.

Benodigd gereedschap en materialen

Zorg dat je klaar hebt:

  • Spanningszoeker en multimeter

  • Zaag of slijptol, beitelset

  • Krimptang en visdraad/trekveer

  • Inbouwdozen 40 mm

  • PVC-buis Ø16 mm

  • Kabel 3G2,5 mm² (stopcontacten) en 3G1,5 mm² (verlichting)

  • Kabelbinders, montageschroeven en afdichtmateriaal

  • Persoonlijke beschermingsmiddelen (bril, handschoenen, stofmasker)

Gebruik een duidelijke werktekening als basis voor het overleg en voor professioneel advies en uitvoering van elektra projecten.

Planning en ontwerp van de elektra

Plattegrond en hoogtes

Maak een eenvoudige plattegrond op schaal met:

  • Stopcontacten: vaak 30 cm boven de vloer

  • Schakelaars: ca. 110–120 cm

  • Minstens 1 stopcontact per 2 m kastlengte

  • Ruimte voor drivers: ca. 50 cm speling voor kabels en koeling

Voorbeeld kast van 2 m:

  • 2 stopcontacten binnenin

  • 1 driver achterin bovenin

  • Stopcontacten op 16 A-groep met 3G2,5 mm², verlichting met 3G1,5 mm²

Leg vast waar stuc komt (dikte, randafwerking) zodat leidingen niet later zichtbaar worden. Stem dit allemaal af met de stukadoor binnen het pakket aan renovatie en stucwerkoplossingen.

Samenwerking tussen stukadoor en elektricien

Rol van de stukadoor

De stukadoor:

  • Zorgt voor vlakke, draagkrachtige ondergrond

  • Houdt rond inbouwdozen 10–15 mm ruimte zodat afdekramen goed passen

  • Houdt rekening met een afwerklaag van ca. 3–12 mm

  • Markeert en beschermt inbouwdozen tijdens stucen

Door dit vooraf te bespreken, voorkom je dat stucwerk in de inbouwdozen loopt of dat dozen later moeten worden uitgehakt. Dit maakt renovatie en stucwerkoplossingen veel efficiënter.

Rol van de elektricien

De elektricien:

  • Bepaalt exacte positie en hoogte van stroompunten

    • 10–15 cm boven vloer voor algemene stopcontacten

    • 50–70 cm voor tv/modem of specifieke apparatuur

  • Gebruikt inbouwdozen van 40–50 mm met 10–20 cm extra kabelspeling

  • Maakt een kabelplan met groepindeling en beveiliging

  • Controleert op NEN 1010-conformiteit en test na oplevering spanning en aarding

Dit totaalpakket valt vaak onder professioneel advies en uitvoering van elektra projecten, waardoor je zeker weet dat veiligheid en toekomstbestendigheid goed geregeld zijn.

Stroompuntlocaties slim kiezen

Ideale posities

Handige richtlijnen voor een inbouwkast:

  • Binnen in de kast:

    • 1 dubbele WCD op ca. 15–20 cm hoogte voor stofzuiger of opladers

    • 1 stopcontact achterin voor LED-strips of kastverlichting

  • Buiten/naast de kast:

    • Schakelaar op 110–120 cm bij de deuropening

    • Eventuele laadpunten op 140–180 cm op een plank

Hinderlijke plaatsen vermijden

Vermijd:

  • Stroompunt direct achter schuifdeur of scharnier

  • Posities binnen 10 cm van scharnieren

  • Locaties achter vaste legborden of dwarsprofielen

  • Punt te diep in een nis waardoor stekkers lastig bereikbaar zijn

Minimaal 15–20 cm afstand tot hoeken en bewegende delen voorkomt dat een stopcontact praktisch onbruikbaar wordt. Dit bespreek je vooraf met de elektricien en de stukadoor.

Aansluitingen en installatie van stroompunten

Basisstappen voor een veilige aansluiting

  1. Schakel de juiste groep uit in de meterkast.

  2. Controleer met een spanningszoeker of alles spanningsloos is.

  3. Monteer inbouwdoos op de geplande positie.

  4. Trek kabels in leiding:

    • 3G2,5 mm² voor stopcontacten

    • 3G1,5 mm² voor verlichting

  5. Laat minimaal 10–20 cm kabelreserve in de doos.

  6. Sluit fase (bruin), nul (blauw) en aarde (geel/groen) correct aan.

Leg routes en kleurcodering vast in een schema, idealiter als onderdeel van professioneel advies en uitvoering van elektra projecten.

Tips voor extra veiligheid

  • Altijd geaarde stopcontacten gebruiken

  • Kabels minimaal 5 cm uit de buurt van scherpe randen en metalen profielen houden

  • Kabels netjes bundelen met kabelbinders

  • Openingen en doorvoeren netjes afdichten

Zorg voor voldoende ventilatie in kasten waar drivers of voedingen staan, zodat er geen oververhitting optreedt.

Afwerking en styling na plaatsing

Stucwerk en afwerking

Na het plaatsen van leidingen en inbouwdozen:

  • Stukadoor brengt 1–2 lagen fijnpleister aan (totaal ca. 1–3 mm)

  • Uitsparingen voor inbouwdozen worden strak uitgesneden

  • Droogtijd per laag: 24–48 uur

  • Daarna primer en aflak, rekeninghoudend met kastplaatsing

Door dit te laten uitvoeren binnen een pakket van renovatie en stucwerkoplossingen, krijg je strakke hoeken, nette naden en aansluitingen die precies kloppen met jouw kast.

Inbouwen van stroompunten in de kast

  • Gebruik 40–50 mm diepe inbouwdozen

  • 2,5 mm² leiding voor 16 A stopcontactgroepen

  • Service-lus van 20–30 cm in elke doos voor toekomstig onderhoud

  • Overweeg slimme inbouwmodules (domotica) voor verlichting of schakeling

Laat de eindmontage en metingen altijd doen door een erkend elektricien, bij voorkeur binnen een traject van professioneel advies en uitvoering van elektra projecten.

Hoe pak je stroompunten bij een inbouwkast het beste aan?

Kort samengevat:

  1. Stem vroegtijdig met elektricien en stukadoor af waar stroompunten komen.

  2. Leg hoogtes, inbouwdieptes en kabelroutes vast vóór het stucwerk.

  3. Laat kabels trekken en inbouwdozen plaatsen vóórdat wanden dichtgaan.

  4. Combineer technisch advies en uitvoering van elektra projecten met goede renovatie en stucwerkoplossingen voor een strak geheel.

  5. Test na montage alle aansluitingen en beveiligingen, en leg alles vast in een schema.

Zo krijg je een inbouwkast met netjes weggewerkte, veilige en toekomstbestendige stroompunten – zonder later opnieuw te hoeven hakken of breken.

Gerelateerde artikelen

Vind artikelen die aansluiten bij uw interesses

De beste beveiligers in Almere

Voel jij je altijd veilig op je werk, tijdens evenementen of in je eigen buurt? Of heb je soms twijfels over de veiligheid van jouw pand of bedrijf? In een